Vloeren & vloerverwarming

Bij het plaatsen van een vloerverwarmingssysteem gaat het allereerst om de warmteafgifte aan de ruimte waarin het systeem geplaatst is. De warmteafgifte wordt ten eerste bepaald door de maximaal toelaatbare oppervlaktetemperatuur van de deklaag die zich onder de houten vloer bevindt en de eventueel maximale aanvoertemperatuur van het vloerverwarmingswater. De maximaal toelaatbare oppervlaktetemperatuur van de deklaag is 28°C en de maximale temperatuur van het water bedraagt 45°C. Om eventuele meningsverschillen te voorkomen die te wijten kunnen zijn aan een te hoge temperatuur is er op de dekvloer een chip bevestigt waarop kan worden afgelezen of de temperatuur niet te hoog is geweest.

Een tweede punt dat bepalend is voor de warmteafgifte is de warmtegeleidingsweerstand van de houten vloer en als er een tussenlaag geplaatst is ook van de tussenlaag. Voor een houten vloer is de warmtegeleidingsweerstand vaak 0,07 m2 K/W. De maximale weerstand die een houten vloer kan hebben bedraagt 0,15 m2 K/W. 

PVC

PVC heeft een RC waarde van ongeveer 0,0226 Kw/m2 en is dus zeer geschikt voor gebruik met vloerverwarming. Er zijn PVC vloeren die los gelegd kunnen worden, ook op vloerverwarming maar dit is zeker niet altijd probleemloos. Met name de variant van massief PVC met een kliksysteem is erg kwetsbaar en gevoelig voor kiertjes. Wel is er een PVC vloer welke los gelegd kan worden op vloerverwarming, de Simplay. Deze massieve vloer is 5 mm dik en is stabiel genoeg om los gelegd te worden. Verreweg de meeste PVC vloeren zijn losse stroken of tegels die geheel en rechtstreeks verlijmd worden op een vlakke ondervloer. 

Vinyl

Vinylvloeren zijn in principe vergelijkbaar met de PVC vloeren. Het is veelal vergelijkbaar materiaal, ook van PVC. Het zit alleen op een rol in plaats van losse strookjes. Forbo heeft zelfs een PVC stroken vloer die gesneden wordt van banen vinyl. Hoewel deze vloeren normaal gesproken tot 25 M2 los gelegd kunnen worden, sommige soorten zelfs tot 40 M2, fixeren wij een vinylvloer altijd als deze op vloerverwarming gebruikt wordt. Fixeren is geen verlijmen, de vloer zit wel vast aan de ondervloer maar is relatief eenvoudig weer te verwijderen. Hier is wel een zeer vlakke ondergrond voor nodig, egaliseren van de ondervloeren is dan ook in de meeste gevallen noodzakelijk.

Linoleum

Linoleum wordt ook wel Marmoleum genoemd. Marmoleum is de merknaam van Forbo voor linoleumvloeren. Deze natuurlijke vloeren zijn zeker geschikt voor vloerverwarming. Ze hebben een dikte van 2 of 2,5 mm en dienen geheel verlijmd te worden. 

Laminaat

Laminaatvloeren zijn absoluut goed geschikt voor gebruik met vloerverwarming. Laminaat isoleert slecht en dit is een goede eigenschap in combinatie met vloerverwarming. Het is te gebruiken in combinatie met bijverwarming, hoofdverwarming alsmede bij vloerkoeling. Houdt u bij vloerkoeling wel rekening dat een condens bewaker noodzakelijk is. De isolatiewaarde (Rc Waarde) voor iedere vloer op vloerverwarming mag maximaal 0,150Kw/M2 zijn waarbij de meeste laminaatvloeren niet boven de helft komen inclusief ondervloer. De Rc waarde is vooral afhankelijk van de dikte van het laminaat.

Laminaatvloeren op vloerverwarming liggen zwevend op een ondervloer. Door uitdroging hebben deze vloeren toch enigszins de neiging te krimpen. De kwaliteit van de klikverbinding is dan ook cruciaal om problemen te voorkomen. Met name de betere merken zoals Parador en Quickstep zijn goed geschikt met vloerverwarming.

De meest gebruikte ondervloer is de heatfoil. Deze dunne ondervloer van 1,2 mm dikte heeft een warmteweerstand van slechts  Rc 0,0014 M2. Bovendien dempt deze dunne ondervloer genoeg geluid om te gebruiken in een appartement.

Tapijt

Tapijt is prima te combineren met vloerverwarming, al zijn de dikkere tapijten veelal niet geschikt. De maximale warmteweerstand is Rc 0,150 Kw/M2 maar in uitzonderlijke gevallen kan een installateur of woningbouwvereniging een andere waarde opgeven of eisen. Het tapijt dient geheel verlijmd te worden zonder ondervloer om de warmte goed te kunnen geleiden. Bij voorkeur geen wol, wol droogt uit en wordt dan broos en zal sneller slijten. Een tweede probleem is dat wol slecht stroom geleid wanneer het erg uitdroogt. Hierdoor zal het tapijt erg statisch kunnen worden met pijnlijke ontladingen tot gevolg wanneer u bijvoorbeeld een deurklink raakt.

Let op: Er is een verschil tussen antistatisch en permanent antistatisch! Dit probleem met statische elektriciteit doet zich ook voor bij goedkopere synthetische garens zoals polypropyleen. Ondanks dat het pictogram van antistatisch op de tapijtstalen staat laden ze toch op wanneer ze uitdrogen. Het symbool antistatisch gaat uit van een relatieve luchtvochtigheid van 50 - 70 % maar dit halen we 's winters bij lange na niet. De Nylon/Polyamide garens zijn een betere keuze. Buiten het feit dat ze sterker en beter bestand tegen vlekken zijn bevatten ze meer koolstof waardoor ze permanent antistatisch zijn.

Parket

In het verleden werd vaak gezegd dat het niet mogelijk was een houten vloer te leggen over een vloerverwarmingssysteem. Dit is echter een fabeltje, het is wel degelijk mogelijk om zowel een zwevende als gelijmde houten vloer te plaatsen over een vloerverwarmingssysteem, hoewel de warmte doorgifte trager is bij een zwevende constructie. Wel zijn er enkele eisen waar de vloerverwarming en de houten vloer aan moeten voldoen. Een houten vloer houdt de warmte langer vast dan veel andere vloeren, wat als een groot voordeel wordt beschouwd van de houten vloeren. Er zijn echter ook een aantal nadelen, die door zorgvuldige inachtneming grotendeels beperkt kunnen worden.

De meest geschikt legsystemen zijn de tapis vloeren waarbij een toplaag van massief hout verlijmd wordt op een houten onderlaag en de lamelparket vloeren, een voorgefabriceerde vloer met een massief houten toplaag tussen de 3 en de 6 mm.

 

Het werken van een houten vloer

Een houten vloer leeft, wat als gevolg heeft dat het hout van de vloer onderhevig is aan vormveranderingen door blootstelling aan wisselende vochtomstandigheden, dit wordt ook wel het werken van een vloer genoemd. Bij een lage relatieve luchtvochtigheid (RLV) krimpt de vloer en bij een hogere RLV zet de vloer iets uit. Wanneer een vloer constant wordt blootgesteld aan een warmtebron, zoals het geval is bij een vloerverwarmingssysteem, dan zal de vloer iets krimpen waardoor er kieren of naden ontstaan. Dit is niet te voorkomen bij de plaatsing van een houten vloer over een vloerverwarmingssysteem. Wel zijn er verschillende mogelijkheden om dit werken van de vloer zo onopvallend mogelijk te laten verlopen.

De ideale relatieve luchtvochtigheid ligt tussen de 50 en 60 %. Dit kan gemeten worden met een hygrometer. Als de luchtvochtigheid te laag is, kunt u gebruik maken van een luchtbevochtiger om kiervorming zo goed mogelijk te voorkomen. Daarnaast is het heel belangrijk de temperatuur van de vloerverwarming gedurende het stookseizoen constant te houden. Door temperatuurschommelingen zal het werken van de vloer namelijk worden verergerd. Verder valt het ontstaan van naden minder op wanneer er gekozen wordt voor een vloer met vellingkanten waarvan de breedte van de planken zo klein mogelijk is. Een houten vloer werkt namelijk in de breedte en door de schaduw die de vellingkanten veroorzaakt vallen kieren tussen de planken minder op. Door de planken zo smal mogelijk te houden, met een maximum van 14 cm, wordt de krimp van het hout verdeeld over meerdere plaatsen. Elke houtsoort heeft een eigen krimppercentage per vierkante meter, wanneer dit percentage verdeeld wordt over meerdere planken ontstaan er kleinere kieren tussen de planken, die daardoor minder zichtbaar zijn.

 

Eisen vloerverwarmingssysteem

Het is van belang dat wordt aangegeven dat er een houten vloer over het vloerverwarmingssysteem gelegd wordt, voor de plaatsing van het systeem. De warmtegeleidingsweerstand die een houten vloer kan hebben verschilt namelijk van die van een steenachtige vloer. Daarnaast zijn er verschillende patronen waarin een vloerverwarmingssysteem gelegd kan worden. Het slakkenhuispatroon is niet geschikt om een houten vloer overheen te leggen, het rivierenmodel echter wel. Als u over een bestaand vloerverwarmingssysteem een houten vloer wilt plaatsen is het om deze redenen van belang precies te weten om wat voor systeem het gaat. Wanneer u niet precies weet wat het legpatroon is, welk materiaal er gebruikt is voor de buizen en wat de weerstand is, dan is het niet aan te raden een houten vloer te plaatsen boven het systeem, om teleurstellingen en schade aan de vloer te voorkomen.

 

Eisen houten vloer

Het is belangrijk dat er geen vochtgevoelige houtsoort gebruikt wordt boven een vloerverwarmingssysteem. Een houtsoort zoals eiken is erg stabiel en zal minder krimpen als gevolg van de vloerverwarming. De maximale breedte van de planken bedraagt veertien centimeter en het mooiste effect bereikt u met een vloer met vellingkanten. Daarnaast is de dikte van de vloer van belang. Een vloer van tien millimeter heeft minder tijd nodig om op te warmen dan een vloer van twintig millimeter. Kortom hoe dunner de vloer, hoe meer warmtestraling er doorheen komt. Ten slotte is bij het leggen van een houten vloer de lijm die gebruikt wordt essentieel voor het beoogde resultaat. In verband met het werken van de vloer dient er een lijmsoort gebruikt te worden die elastisch blijft.

 

Tijdens en na de plaatsing van het systeem

Bij het plaatsen van de vloer dienen zowel de dekvloer als het hout een vochtpercentage van maximaal 9 % te bevatten. De dekvloer moet vlak zijn en vrij van scheuren of barsten. Wanneer het vloerverwarmingssysteem en de vloer er eenmaal inzitten kan het opwarmen van de vloerverwarming na achtentwintig dagen beginnen. Bij een Anhydriet dekvloer kan dit na minstens 14 dagen. Wanneer u de vloerverwarming geleidelijk opstookt dan zal de tijd, voordat de vloer opgewarmd kan worden, korter zijn, mits de RLV in huis normaal of laag is. In het stookseizoen is het belangrijk om de temperatuur van de vloerverwarming met één tot twee graden per dag te laten stijgen totdat de gewenste temperatuur bereikt is. Verder is het niet aan te raden de vloer tijdens het stookseizoen te bewerken met onderhoudsmiddel, omdat u dan het risico loopt dat het onderhoudsmiddel niet egaal opdroogt waardoor vlekken op de vloer kunnen ontstaan. Vlak voor of na het stookseizoen kunt u de vloer wel met onderhoudsmiddel onderhouden. Ten slotte wordt het afgeraden vloerkleden of meubelen met een dichte onderkant op de vloer te zetten, omdat de vloer hierdoor op deze plaatsen meer op zal warmen dan op andere plaatsen.